De Alchemist
Ik bespreek verschillende levensfilosofieën met een groep fijne mensen. We zitten in Cantabria, Noord Spanje, voor de surftrips van Surfana. De Alchemist van Paulo Coelho is een boek dat ik al vaak aanbevolen heb gekregen, maar nog nooit heb gelezen. Ik vraag aan een collega die later die week invliegt of ze het heeft liggen en mee wil nemen.
Een paar dagen later sta ik met het boek in m'n handen. Haar oma had het liggen en ik mag het hebben. Wat een geluk, denk ik.
Ik krijg onverwachts slecht nieuws van het thuisfront. Ik moet naar huis. Zo snel mogelijk. M'n lichaam is van slag en ik word ziek. Met hoge koorts lig ik een dag lang te rillen in bed. Carine raadt me aan om een kristal in m'n hand te nemen en op de buik te houden terwijl ik op mijn rug lig. De andere hand houd ik op m'n borst. Het maakt me rustig. De volgende ochtend word ik wakker zonder koorts. Ik voel me sterker. Het lichaam voelt aan dat ik sterk moet zijn op deze dag. Ik moet er zijn voor mijn familie.
In het vliegtuig lees ik verder in de Alchemist. De stewardess vraagt naar mijn boek. Ze kent het niet. ''Het is een boek vol wijsheden'', verzeker ik haar. Ze glimlacht en loopt door. Als we de landing op Schiphol inzetten heb ik het boek uit. Bij het verlaten van het vliegtuig geef ik het haar. Ze glimlacht en bedankt me hartelijk.
Ik loop over de markt om wat olijven te kopen. Het boek heeft me geleerd om alert te zijn. De tekens van het universum waar te nemen. Open te staan voor anderen en ze positief te benaderen. De Turk op de markt is al bezig met het afsluiten van zijn kraam. Hij vult een bakje met olijven en ik bestel nog wat feta. Ik vraag of hij een goede dag heeft gehad. ''Het was mooi weer, dus het was een goede dag'', glimlacht hij. De glimlach is onderdeel van de universele taal. Hij pakt nog een bakje en schept er wat (voor mij) onbekende tapenade in. ''Is met artisjok. Dopen met brood is het lekkerst. Krijg je van mij''. Ik glimlach en we wensen elkaar een fijn weekend.